zaterdag 5 juli 2014

Sophoniba deel 3

In de slag op de grote velden worden Syphax en Hasdrubal opnieuw verslagen en Masinissa haast zich om Cirta in te nemen. Daar wacht hem volgens Livius een grote verrassing:
 
Livius XXX, 12:
--- Toen hij de voorhof binnenkwam, snelde Sophoniba, de vrouw van Syphax en de dochter van de Puniër Hasdrubal, hem al op de drempel tegemoet. Toen ze temidden van de schare militairen Masinissa zag, die opviel door zijn wapenuitrusting en verdere uiterlijk, hield ze hem terecht voor een koning, viel neer aan zijn knieën en zei: ‘De goden, uw moed en uw gelukkig gesternte hebben u alle macht over ons gegeven. Maar als het een gevangene vrijstaat haar smekende stem te verheffen tot hem die meester is over haar leven en dood, en zijn zegevierende rechterhand aan te raken, dan bid en smeek ik u bij uw koninklijke majesteit, die wij kortgeleden ook bezaten, bij de naam van het volk der Numidiërs die U hebt gedeeld met Syphax, bij de goden van dit paleis – die u onder gunstiger tekens mogen ontvangen dan ze Syphax hiervandaan hebben laten vertrekken! – dat u mij als smekelinge deze gunst verleent: dat uzelf over uw gevangene beslist wat uw hart u maar ingeeft en mij niet onderwerpt aan de arrogante, wrede willekeur van een of andere Romein. Als ik niets anders was geweest dan de vrouw van Syphax, zou ik me toch liever op het woord van een Numidiër en een man, geboren in hetzelfde Afrika als ik, willen verlaten dan dat van een buitenlander van vreemde herkomst. Wat een Carthaagse vrouw, de dochter van Hasdrubal, van een Romein te vrezen heeft, ziet u zelf wel in. Als u over geen ander middel beschikt, bid en smeek ik u, dat u mij door de dood tegen de willekeur van de Romeinen beschermt.’ “
Appianus. The Punic Wars V,27:
After this they entered the country of the Massylians and the territory of Syphax, bringing the one again under Masinissa’s rule and winning over the other by persuasion, or, when persuasion failed, by force. Ambassadors also came to them from Cirta offering them the palace of Syphax and others came especially to Masinissa from Sophonisba, the wife of Syphax, to make explanations about her forced marriage.
 
 
 
Het is volstrekt ongeloofwaardig, dat Sophoniba deze welsprekende vol- en bijzinnen via Livius zo heeft uitgesproken, maar iets in die trant zou eventueel nog kunnen. Sophoniba schijnt verder een beroep te doen op de gezamenlijke Afrikaanse afkomst. Dit soort pan-Afrikanisme heeft echter nooit echte voet aan de grond gekregen. De verdeeldheid onder de Afrikaanse volken, stammen en steden was te groot.
Appianus laat Masinissa ook trouwen met Sophonisba, maar kiest dan een geheel andere invalshoek en laat haar de grote zondebok worden in de woorden van Syphax.
De verhalen van Livius en Appianus zijn hier nauwelijks geloofwaardig meer. Het kan zijn, dat Masinissa de vrouw van Syphax in Cirta aangetroffen heeft en dat Scipio dat gevaarlijk vond voor de trouw van Masinissa aan de Romeinse zaak. Niet meer dan dat.
 
Livius XXX, 12 (vervolg):
Ze was een opvallende schoonheid in de bloei van haar leven. Dus toen ze, nu eens zijn knieën en dan weer zijn rechterhand omvattend, dringend om zijn woord vroeg dat ze niet aan een Romein zou worden uitgeleverd en haar woorden meer weg hadden van liefkozingen dan van smeekbeden, werd het hart van de overwinnaar niet alleen door medelijden bewogen, maar met de aangeboren ontvlambaarheid van Numidiërs werd hij overweldigd door liefde voor zijn gevangene. Hij gaf haar zijn rechterhand als onderpand voor de inwilliging van haar verzoek en ging het paleis in. Vervolgens begon hij bij zichzelf te overdenken hoe hij zijn belofte gegestand kon doen. Toen hij geen oplossing kon vinden, liet hij zich door zijn liefde tot een even roekeloos als schaamteloos plan verleiden: hij beval plotseling voor die dan een bruiloft te organiseren om voor Laelius of Scipio geen weg open te laten voor maatregelen tegen een gevangene die intussen met Masinissa getrouwd was.”
 
Appianus. The Punic Wars V,27 (vervolg):
Masinissa accepted her explanations gladly and married her; but when he returned to Scipio he left her at Cirta, forseeing apparently what would happen.”
 
Het geromantiseer van Livius kent geen grenzen. Dat Syphax zo hoteldebotel van de meid zou zijn, is al met een korrel zout te nemen, maar dat ook Masinissa van het ene op het andere moment voor haar valt, is toch wel erg onwaarschijnlijk. Livius benadrukt ook opvallend een zogenaamde karaktertrek van de Numidiërs: aangeboren ontvlambaarheid.
Appianus doet deze passage af in een enkele zin, hetgeen te denken geeft.
 
Livius XXX, 12 (slot):
“---- Na de huwelijkssluiting verscheen Laelius, die zijn ongenoegen over deze daad niet onder stoelen of banken stak. Eerst probeerde hij de vrouw van het huwelijksbed weg te halen en haar samen met Syphax en de overige gevangenen naar Scipio te sturen. Maar vervolgens zwichtte hij voor de bedeb van Masinissa, die smeekte dat hij de beslissing van wie van beide koningen Sophoniba het lot zou delen, aan Scipio zou overlaten. Hij stuurde alleen Syphax en de krijgsgevangenen weg en veroverde met de hulp van Masinissa de andere steden van Numidië, die door de troepen van de koning bezet werden gehouwen.”
 
Deze passage geeft goed de verhoudingen weer. Masinissa heeft niets te vertellen. Hij is slechts een vazal van de Romeinen, die gewoon moet luisteren naar zelfs een Romeinse onderbevelhebber. Alleen met steun van de Romeinen kan hij Massylië in zijn geheel weer terugwinnen!
 
Appianus. The Punic Wars V,27 (vervolg):
Scipio asked Syphax: ‘What evil genius misled you, after inviting me as your friend to come to Africa, and caused you to break your faith to the gods by whom you swore and the Roman people, and to join the Carthaginians in making war against us, when not long before we were helping you against the Carthaginians?’
Syphax replied: ‘Sophonsiba, the daughter of Hasdrubal, with whom I fell in love to my hurt, is passionately attached to her country, and she is able to make everybody subservient to her wishes. She turned me away from your friendship to that of her own country and plunged me from that state of good fortune into my present misery. I advise you (for now, being on your side and rid of Sophonisba, I must be faithful to you) to beware of Sophonisba lest she draw Masinissa over to her designs, for it is not to be expected that this woman will ever choose the Roman side, so strongly is she attached to her own country.’ “
 
 
 
 
 
 
 
 
Livius XXX, 13:
---Hij was toen zijn verstand kwijt geweest, en had toen alle persoonlijke gastvriendschap en officiële verdragen uit zijn gedachten gebannen, toen hij een vrouw uit Carthago in huis haalde. Door die huwelijksfakkel was zijn paleid in vlammen opgegaan, die furie en pest had met alle verlokkingen zijn geest afgeleid en van zichzelf vervreemd, en ze had niet gerust voordat ze men eigenhandig de goddeloze wapens tegen zijn gast en persoonlijke vriend had aangetrokken. Het was voor hem in zijn reddeloze, ellendige toestand echter een troost te zien dat dezelfde pest en furie was overgegaan naar het huis van zijn allergrootste vijand. Masinissa was niet wijzer of standvastiger dan Syphax, zelfs onvoorzichtiger door zijn jeugdige leeftijd: in elk geval was zijn huwelijk met haar dommer en onbeheerster geweest dan dat van hemzelf.”
 
Van de liefde voor Sophoniba is in ieder geval niet veel meer over en zij krijgt van alles de schuld van Syphax. Wat een vrouw toch allemaal teweeg kan brengen! Het is niet zo geloofwaardig allemaal. Livius laat Syphax zo spreken uit haat en jaloezie. Appianus laat het in het midden, of hij nu de waarheid spreekt, of woorden opgerispt en vervuld van jaloezie.
 
Appianus. The Punic Wars. V,28:
So he spoke (Syphax), but whether he was telling the truth or was moved by jealousy and a desire to hurt Masinissa as much as possible, is not known. But Scipio called Syphax to the council, as he had shown himself sagacious and was acquainted with the country, and took counsel with him as Cyrus did with Croesus, king of Lydia. Laelius having returned and told him that he heard the same about Sophonisba from many others, he commanded Masinissa to deliver up the wife of Syphax. When the latter remonstrated and related what had happened in the past with regard to her, Scipio ordered him more sharply not to possess himself by force of any of the Roman spoils of victory, but to ask her after she was delivered up and obtain her if he could. Accordingly Masinissa went with a Roman detachment to fetch Sophonisba, but he went ahead secretly and brought her a dose of poison, explaining the circumstances and telling her that she must either drink it or go into voluntary captivity to the Romans. Without another word he rode away. She showed the cup to her nurse, told her not to weep for her, since she died gloriously, and drank the poison. Masinissa showed her dead body to those of the Romans who had now come up, and gave her a royal funeral; after which he returned to Scipio. When Syphax arrived in Rome, some of the authorities thought that he ought to be spared because he had been their friend and ally in Spain, others, that he ought to be punished for fighting against his friends. In the meantime he sickened of grief and died.”
 
 
 
 
 
 
 
 
 
Livius XXX, 15:
“---- Ontdaan ging hij (Masinissa) van het hoofdkwartier naar zijn tent. Daar verwijderde hij alle ooggetuigen en bracht geruime tijd door met veel zuchten en steunen, wat goed te horen was voor de mannen rondom zijn tent. Tenslotte uitte hij een jammerkreet en riep een trouwe slaaf die volgens de traditie van de koningen vergif onder zijn hoede had voor eventuele noodgevallen. Hij beval hem gif in een beker te mengen, het aan Sophoniba te brengen en daarbij te berichten, datt Masinissa graag de eerste belofte zou hebben gehouden, die hij als man aan zijn vrouw verschuldigd was. Maar aangezien de machthebbers hem de beslissing daarover ontnamen, hield hij zijn teweede belofte: dat ze niet levend in de macht van de Romeinen zou komen. Denkend aan haar vader de bevelhebber, aan haar vaderstad en aan de twee koningen met wie zij gehuwd was geweest, moest zij haar lot in eigen hand nemen. Toen de dienaar met dit bericht en tegelijk met het vergif bij Sophoniba kwam zei ze: ‘Ik neem de huwelijksgift aan. Hij is niet eens onwelkom, als mijn man niets beters aan zijn vrouw te bieden heeft. Maar meld dit: ik zou een betere dood gehad hebben als ik niet bij mijn begrafenis getrouwd was.’ Even heftig als ze gesproken had nam ze de beker aan en dronk hem zonder een teken van emotie onvervaard leeg.----“
 
 
Bij Appianus reikt Masinissa zelf de gifbeker aan aan Sophoniba, maar Livius laat het zijn slaaf doen. De afscheidswoorden van Sophoniba zijn ook al verschillend. Eens te meer blijkt, dat beide klassieke auteurs het verhaal naar eigen inzicht hebben ingevuld, maar dat ze zich niet gebaseerd hebben op een oudere bron. Misschien is het enige ware, dat Sophoniba gedwongen werd de gifbeker leeg te drinken, als er al sprake is van een gifbeker.
 
Samenvatting:
Het verhaaltje van Polybius is waarschijnlijk berust op waarheid. De rest is in meerdere of mindere mate voor wat betreft de rol van Sophonisba erbij gefantaseerd, vooral door Livius, waarin hij ten dele door Appianus is nagevolgd. De grote lijnen van het verhaal staan wel overeind, zoals de strijd tussen de Numidiërs onderling, De Romeinse invasie van Afrika en de nederlagen van Syphax en Hasdrubal.
 
 
De weerslag op onze wereld:
Dit verhaal van Sophoni(s)ba heeft tot veel inspriratie geleid in de 17e en 18e eeuw in de theaterkunst en de schilderkunst. Matti Preti (1613-1699) schildert een prachtig schilderij over haar dood. Er verschijnen in de Franse wereld diverse theaterstukken met de titel Sophonisba:
1601 Montreux
1629 Mayret
1663 Corneille
1716 Chancel de La Grange
1822 Voltaire (bewerking van Mayret)
 
H.R.van Diessen
NCFPS
Apeldoorn, 5 juli 2014
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten